Spring naar inhoud

Veelgestelde vragen faillissementen

Het faillissement is een beslag op alle bezittingen van de gefailleerde (onderneming). Dit algemene beslag treedt automatisch in bij het uitspreken van het faillissementsvonnis. De gefailleerde heeft vanaf dan geen vrije beschikking meer over zijn/haar bezittingen. Beslagen die voor het faillissement zijn gelegd vervallen automatisch.

De boedel bestaat uit alle bezittingen van de gefailleerde aan het begin van het faillissement en alles wat er na die datum tot aan het einde van het faillissement wordt verkregen.

De curator wordt door de rechtbank aangesteld om het faillissement af te wikkelen. Dat doet hij door de bezittingen van de gefailleerde zo goed mogelijk te verkopen, door het innen van de vorderingen van gefailleerde en door het verder oplopen van schulden tijdens het faillissement zo veel mogelijk te beperken. Al het geld dat op deze manier binnenkomt, gaat naar de boedel. Wanneer het hele vermogen van de gefailleerde te gelde is gemaakt, gaat de curator over tot verdeling van de boedel aan de crediteuren.

De rechter-commissaris houdt toezicht op de afwikkeling van het faillissement. Verder heeft de curator voor een aantal beslissingen toestemming nodig van de rechter-commissaris.

Als u een vordering heeft op de gefailleerde kunt u deze indienen in het faillissement. Hoe u dat doet, leest u hier.

Nee, helaas niet. In een groot deel van de in Nederland uitgesproken faillissementen van ondernemingen is er uiteindelijk niet genoeg geld in de boedel om aan alle crediteuren een uitkering te kunnen doen. In faillissementen van natuurlijke personen volgt vaak wel een uitkering aan alle crediteuren.

Zodra u van de curator bericht hebt ontvangen dat uw vordering niet of niet geheel kan worden voldaan, kunt u bij de Belastingdienst over dat (niet voldane) gedeelte van uw vordering de reeds afgedragen of verrekende btw terugvragen. U dient dit zelf te doen.

De curator voldoet eerst de boedelschulden. Dat zijn kosten die zijn gemaakt ten behoeve van het faillissement en de boedel. Hieronder vallen de kosten van de curator, taxateurs, opslagkosten, loonkosten van de werknemers over de opzegperiode, verzekeringspremies ter verzekering van boedelactiva, etc.

Daarna worden de preferente schuldeisers voldaan. Zij hebben op grond van de wet een recht van voorrang. Denk hierbij aan Belastingdienst en UWV.

Daarna volgen de concurrente crediteuren. Zij hebben geen bijzondere voorrang. Denk hierbij vooral aan de handelscrediteuren.

De curator voldoet eerst de boedelschulden. Dat zijn kosten die zijn gemaakt ten behoeve van het faillissement en de boedel. Hieronder vallen de kosten van de curator, taxateurs, opslagkosten, loonkosten van de werknemers over de opzegperiode, verzekeringspremies ter verzekering van boedelactiva, etc.

Daarna worden de preferente schuldeisers voldaan. Zij hebben op grond van de wet een recht van voorrang. Denk hierbij aan Belastingdienst en UWV.

Daarna volgen de concurrente crediteuren. Zij hebben geen bijzondere voorrang. Denk hierbij vooral aan de handelscrediteuren.

De curator deponeert een maand na het uitspreken van het faillissement zijn eerste openbare verslag bij de rechtbank. Na dit eerste verslag wordt (in beginsel) eens per drie maanden verslag uitgebracht.

Wanneer er in een verslagperiode geen (noemenswaardige) ontwikkelingen te melden zijn, kan - mits de rechter-commissaris daarmee instemt - worden afgezien van het doen van verslag over de betreffende verslagperiode.

Het deel faillissementen van deze website is in april 2009 van start gegaan. Alle op dat moment lopende faillissementen zullen online zijn in te zien.

  • Insolventies van natuurlijke personen zijn om privacyredenen niet online in te zien. Mocht u in een van deze insolventies een vraag hebben, dan kunt u contact opnemen met de betreffende curator/bewindvoerder.
  • Mogelijk zoekt u een faillissement dat niet door een curator van ons kantoor behandeld wordt. In het centraal insolventieregister op www.rechtspraak.nl kunt u zoeken naar de juiste gegevens.

Heeft u een vraag in een door ons kantoor behandeld faillissement, dan kunt u deze vraag per mail hier stellen.

Vermeld daarbij duidelijk de naam van het faillissement (in de onderwerpregel).

Het faillissement kan worden uitgesproken op eigen aangifte door een schuldenaar of op verzoek van een schuldeiser. Daarnaast kan ook het Openbaar Ministerie om het faillissement vragen, maar dat is een uitzondering die eigenlijk nooit voorkomt. In alle gevallen is het de rechtbank die het faillissement uitspreekt. De rechtbank wijst ook een curator aan. In vrijwel alle gevallen is de curator een in het insolventierecht gespecialiseerde advocaat.

Als daarvoor aanleiding is – en dat is zo als een onderneming is opgehouden te betalen – dan kan het eigen faillissement bij de rechtbank worden verzocht. Zo’n eigen aangifte wordt gedaan door het inleveren van een formulier faillissementsaanvraag en de in dat formulier genoemde bijlagen. Voor een besloten vennootschap bestaan deze bijlagen uit (onder meer) een aantal formele stukken (zoals statuten en aandeelhoudersregister), maar ook uit financiële stukken waaruit de omvang van de bezittingen en de schulden blijken. In principe – uitzonderingssituaties zijn mogelijk – worden dergelijke aanvragen op een vaste dag behandeld. Formulieren moeten enige tijd voor die behandeldag worden ingeleverd. Als de stukken compleet zijn, vindt er geen fysieke zitting plaats en wordt het faillissement op basis van de overgelegde stukken uitgesproken.


Nee, het faillissement is het laatste redmiddel. Voordat het zo ver is zijn er nog allerlei mogelijkheden denkbaar, waarmee het leven van een onderneming kan worden gered. Denk aan herstructurering en sanering. Ook kan tijdelijk uitstel van betaling worden gevraagd voor bestaande schulden (behalve die van de belastingdienst). Deze regel geldt als surseance van betaling wordt aangevraagd. De aldus gekregen tijd kan worden gebruikt om – samen met de door de rechtbank aangewezen bewindvoerder – financieel orde op zaken te stellen. Het is wel zo dat gedurende de periode van surseance van betaling lopende verplichtingen moeten worden betaald. Ook moet er uitzicht zijn dat er daadwerkelijk een regeling voor de schuldeisers in het verschiet ligt. Als dat niet meer zo is zal omzetting van surseance van betaling in een faillissement plaatsvinden.

Ja, die mogelijkheden zijn er. In crisissituaties – denk daarbij bijvoorbeeld aan de coronacrisis – zijn er allerlei mogelijkheden die de financiële pijn kunnen verzachten. Welke regeling precies kan worden ingezet is maatwerk.