Spring naar inhoud

‘Mooi verhaal, maar toekomstplan kabinet mist implementatie’

Het kabinet presenteerde dinsdag een Miljoenennota waaruit blijkt dat het goed gaat met de Nederlandse economie. ‘Maar de lastenverlichting komt niet ten goede aan de mensen met lagere inkomens en voor de problemen die we hebben over tien jaar is nog geen beleid uitgestippeld’, concludeert honorair hoogleraar overheidsfinanciën Flip de Kam tijdens zijn beschouwing op de Miljoenennota. ‘Denk alleen al aan de plannen voor woningbouw en infrastructuur. Door het lage werkloosheidspercentage hebben we niet eens de mensen om deze ten uitvoer te brengen.’

Tijdens het Prinsjesdagdiner, georganiseerd door PlasBossinade, Rabobank, KPMG en VNO-NCW Noord, ging De Kam vooral in op de uitdagingen die het kabinet heeft. ‘Men rept over een investeringsfonds van 50 miljard. Maar hoe gaat dat geld worden uitgegeven?’ Flip de Kam noemde milieu en klimaat, arbeid, pensioenen en wonen als grote aandachtspunten. ‘Het kabinet wil bijvoorbeeld 2 miljard stoppen in wonen. Maar dit bedrag wordt gesplitst: 1 miljard voor woningbouw verspreid over vier jaren en 1 miljard voor woningcorporaties verspreid over zelfs tien jaren. Dit lijkt een mooi bedrag, maar uiteindelijk is het een lapmiddel. En als we het hebben over milieu en klimaat, en dan meer specifiek de stikstofbeperking, blijft het bij onderzoek doen.’

Volgens De Kam gaat het goed met de economie, mede door beleid uit het verleden. Maar moet er op korte termijn structureel iets gebeuren aan de implementatie van plannen, want problemen worden niet opgelost met lastenverlichting. Met deze conclusie sloot Flip de Kam zijn laatste Prinsjesdagdiner in Groningen af. Hij geeft voor volgend jaar het stokje door aan Harry Garretsen, hoogleraar Economics & Business aan de RUG.   

Klimaatdoelstellingen en verandering

Milan en Patrick van der Meulen van Enie.nl, een onderneming in duurzame energie, lieten de aanwezigen aan de hand van een beeldende presentatie nog eens zien dat we in een ecologische crisis zitten, waar we alleen samen iets aan kunnen veranderen. Met hun presentatie lieten ze zien dat het niet de vraag is of we moeten en kunnen veranderen (want het moet én het kan), maar of we gáán veranderen.

Janka Stoker, hoogleraar Leiderschap en Organisatieverandering, borduurde voort op het verhaal van de broers Van der Meulen. ‘Bij leiding geven wordt vooral gedacht aan het ontwikkelen van een visie, maar het gaat juist om de implementatie. En je kunt pas iets veranderen als je zelf bereid bent om te veranderen. Kijk als leidinggevende vaker in de spiegel, maar dan wel samen met iemand anders. Toon zelf het goede voorbeeld als we het hebben over verandering. Juist op het gebied van ondernemen en verduurzamen.’