Spring naar inhoud

Fiscale gevolgen van de WHOA

De Belastingdienst is een belangrijke speler bij een schuldeisersakkoord. Niet alleen omdat de ontvanger een voorrecht heeft en meer inningsbevoegdheden heeft dan een ‘normale’ schuldeiser, maar ook omdat een akkoord fiscale gevolgen heeft. Opmerkelijk is daarom dat de rol van de Belastingdienst bij de invoering van de WHOA (Wet homologatie onderhands akkoord) weinig aan bod is gekomen. En ook nu is over het beleid van de Belastingdienst alleen nog maar bekend dat zij een voorgesteld akkoord met een welwillende blik zal beoordelen. In deze blog ga ik niet speculeren over hoe die welwillende blik er in de praktijk uit zal zien, maar wel over enkele fiscale gevolgen van een WHOA-akkoord.

Positie schuldenaar

Vennootschapsbelasting

Een akkoord in het kader van de WHOA kan inhouden dat schuldeisers van de in financiële moeilijkheden verkerende ondernemer hun vorderingen (deels) kwijtschelden. Deze kwijtschelding leidt tot een fiscale winst ter hoogte van het totale bedrag van de kwijtschelding. Deze winst valt in principe onder de kwijtscheldingswinstvrijstelling, nadat het bedrag van de kwijtschelding eerst is verrekend met verliezen. Als de schuldenaar onderdeel is of de afgelopen 6 jaar is geweest van een fiscale eenheid, dan zal (na verrekening van verliezen) al snel belastingheffing bij de moedermaatschappij plaatsvinden, omdat de kwijtscheldingsregeling in die situatie meestal niet van toepassing is. Wellicht is het mogelijk om deze verschuldigde vennootschapsbelasting mee te nemen in het akkoord.

Omzetbelasting

In principe zal de ondernemer voor de btw vervat in haar schulden volledig vooraftrek hebben genoten. Indien die vorderingen (deels) worden kwijtgescholden door schuldeisers, is voor het kwijtgescholden gedeelte ten onrechte de omzetbelasting in aftrek genoten. Deze omzetbelasting moet de ondernemer alsnog afdragen aan de Belastingdienst. Het is gebruikelijk dat deze schuld wordt meegenomen in een (faillissements)akkoord, dit zal naar ik aanneem onder de WHOA niet anders zijn.

Positie schuldeiser

Omzetbelasting

Als een schuldeiser zijn vordering kwijtscheldt, dan mag hij de eerder door hem over het kwijtgescholden deel afgedragen omzetbelasting terugvorderen in zijn aangifte. Besluit hij zijn vordering om te zetten in aandelen in de schuldenaar, dan zal hij geen teruggaaf ontvangen van de eerder afgedragen omzetbelasting.

Vennootschapsbelasting

Of het akkoord leidt tot heffing van vennootschapsbelasting bij de schuldeiser, is afhankelijk van de omstandigheden. Kiest hij voor omzetting van de vordering in aandelen, dan zijn er verschillende gevolgen, afhankelijk van of de schuldeiser een deelneming had of krijgt door de omzetting, of de vordering zakelijk is, en of de vordering is afgewaardeerd. Het voert te ver om in deze blog alle verschillende gevolgen te bespreken.

Best interest-test

De fiscale consequenties van het akkoord voor de schuldeiser kunnen relevant zijn bij de homologatie van het akkoord. Bij de best interest-test vergelijkt de rechter namelijk het akkoordaanbod met de uitkering die de schuldeiser of aandeelhouder in een faillissement zou ontvangen. De individuele schuldeisers of aandeelhouders moeten minstens ontvangen wat zij bij faillissement zouden ontvangen. De fiscale gevolgen van een akkoord en een faillissement voor de individuele schuldeisers en aandeelhouders dienen, mits kenbaar gemaakt, in die beoordeling te worden meegenomen. 

Tot slot

Het is voor zowel de schuldeiser als de schuldenaar van belang om de fiscale gevolgen van een akkoord goed in kaart te (laten) brengen, zodat zij niet voor verrassingen komen te staan.